Foto:

‘HET MAAKT MIJ NIETS UIT WAT IEMAND HEEFT GEDAAN’

Hedy Jak18 May 2017

De carrière van Yasemin Karga (38) heeft wel iets weg van een Nederlandse American dream. Ze begon als receptionist bij het bekende strafrechtkantoor Plasman cs Advocaten in Amsterdam en nu – 17 jaar later – zit ze in de maatschap en is ze medeverantwoordelijk voor de bedrijfsvoering. ‘Je kan een genie zijn in juridische vraagstukken en nog zoveel negens en tienen op je lijst hebben, maar bij hardcore strafrecht heb je daar alleen weinig aan.’

Je werkt al 17 jaar bij Plasman cs Advocaten, in 1999 begon je als receptionist. Hoe kwam je daar terecht? “Ze hadden iemand bij de receptie nodig om voor twee weken in te vallen. Daarna werd mij gevraagd of het kantoor me nog eens mocht bellen als ze omhoog zaten want het beviel van beide kanten, er was een klik. Na een paar maanden ging de vaste receptiemedewerker weg, en kon ik daar parttime werken. Dit deed ik naast mijn studie; eerst receptiewerk, toen was ik secretaresse van Peter (Peter Plasman, oprichter van het kantoor, red.), vervolgens juridisch medewerker, en toen studeerde ik af en ben ik hier aan de slag gegaan. En sinds 2015 zit ik in de maatschap.”

Je deed een opleiding Notarieel Recht en begon in het derde jaar ook met een bachelor Nederlands recht. Waarom? “ Toen ik aan mijn studie begon, wilde ik notaris worden. Ik dacht daarmee makkelijk goed geld te kunnen verdienen, en het was weer eens wat anders dan die gangbare rechtenstudie waar ik iedereen over hoorde. De eerste jaren van mijn studie vond ik heel leuk, maar in het vierde jaar bleek Belastingrecht een belangrijk onderdeel. Het was heel technisch, en ik voelde me eigenlijk vooral een belastingadviseur. Toen een docent aangaf dat belastingavies een belangrijk deel van het werk van een notaris was, dacht ik ‘dit wil ik niet’. Ik zou dan vooral bezig zijn om mensen te helpen er financieel beter van te worden, met name vermogende mensen, en ik wil mensen helpen die het echt nodig hebben. Dus toen ben ik ook Nederlands recht gaan studeren, afsluitend met een master Privaatrecht.”

En dan word je strafpleiter. “Ja, zo grappig hoe het kan lopen. Je kunt nog zoveel plannen hebben, maar het loopt zoals het loopt. Ik had totaal de ambitie niet om strafrechtadvocaat te worden, maar het blijkt mijn grote passie te zijn. Oke, naast reizen. Ik ga er helemaal voor. Vanaf het begin heb ik altijd zelfstandig gewerkt, werd niet aan het handje genomen. Dus zelf dossiers doorspitten, naar zittingen en naar cliënten die zijn aangehouden. Als je het goed doet, wordt dat op kantoor gewaardeerd en krijg je veel vrijheid. Dat vond ik heel fijn.”

Wat typeert het werken in dit rechtsgebied, het strafrecht? “Strafrecht is echt anders dan andere rechtsgebieden. Je kunt eigenlijk nooit iets plannen, als iemand wordt aangehouden dan moet je meteen naar het politiebureau. Dat kan dus ook in het weekend zijn, of op het moment dat er een gezellig etentje staat gepland, wat ik een tijdje geleden had. Vriendinnen merken dan op dat ik alleen maar aan het werk ben, maar ja, dat is niet mijn probleem. Met een van negen tot vijf-mentaliteit kom je er gewoon niet. Dit werk is een onderdeel van mijn leven, en ik vind dit het leukste wat er is. Ik kan oprecht zeggen dat ik nog nooit met tegenzin naar mijn werk ben gegaan. Ik kom met zoveel mensen in aanraking, kan iets voor hen betekenen en geen dag is hetzelfde. Die dynamiek is denk ik uniek in dit rechtsgebied.”

Peter Plasman, de naamdrager van het kantoor, is een bekende strafpleiter en komt regelmatig in de media. Merk je iets van zijn bekendheid? “Eigenlijk weinig. Dat komt ook omdat we bijna niet samenwerken aan zaken. Indien nodig is er overleg, maar ik heb mijn eigen praktijk opgebouwd, had al vrij snel een eigen cliëntenbestand. Zijn bekendheid merk ik weleens als ik piket (vaste uren dat een strafrechtadvocaat oproepbaar is bij aanhoudingen om als eerste rechtsbijstand te verlenen, red.) heb. Als ik mijn visitekaartje overhandig, en iemand ziet dat ik voor dit kantoor werk, dan is het van ‘aha’. Dat kan zeker een voordeel zijn, sommige mensen zullen je daardoor sneller in vertrouwen nemen. Ik was één van de advocaten in de zaak die in de media bekend was onder de ‘Bonnie en Clyde-zaak’ en dat was wel een enorme heisa. Iedereen kende die zaak, het kwam op televisie, in de kranten. Zoveel media-aandacht, heel heftig voor cliënten.”

Welke zaak zul je nooit vergeten? “Mijn eerste moordzaak heeft veel indruk op me gemaakt. Mijn cliënt had een relatie met zijn zwangere vriendin en heeft haar na een ruzie onbedoeld met messteken om het leven gebracht. Mijn werk is dan om te kijken of deze daad bewezen verklaard kan worden. Kan het gelinkt worden aan mijn cliënt en betreft het moord of doodslag? Welke omstandigheden zijn er die in de strafmaat moeten worden meegenomen? Overigens is het qua strafmaat goed afgelopen voor mijn cliënt. Als ik eruit heb gehaald wat er in zat, dan heb ik mijn werk goed gedaan.”

Doe je het daar voor? “Het maakt mij niets uit wat iemand heeft gedaan. Dat moet je los zien van je eigen mening. Prima als je er privé iets van vindt, maar dat mag nooit ten koste gaan van de cliënt. Ik vind het bijzonder om van mezelf te zien hoe professioneel ik ben. Ik ben advocaat, en wil er voor mijn cliënt het maximale uithalen.”

Strafpleiter bij een bekend advocatenkantoor: een droombaan voor veel rechtenstudenten. Wat kun je hen adviseren? “Zorg dat je je rijbewijs hebt. Als strafpleiter ben je vaak onderweg; dan moet je naar Leeuwarden omdat daar iemand is aangehouden, een paar uur later heb je zitting in Amsterdam. Wij zullen niet snel mensen aannemen zonder rijbewijs. En verder, een open deur, maar passie voor het vak is essentieel. Als strafpleiter werk je zelfstandig, je moet zelf naar clienten. Je kan een genie zijn in juridische vraagstukken en nog zoveel negens en tienen op je lijst hebben, maar bij hardcore strafrecht heb je daar alleen weinig aan. Het gaat erom hoe sociaal je als persoon bent, of je met verschillende mensen kunt omgaan. Heb je piketdienst, dan ben jij de eerste die naar een politiebureau gaat als iemand is aangehouden. Soms gaat het om zware misdrijven. Dan is het zaak dat iemand jou direct in vertrouwen durft te nemen, en vertelt wat er is gebeurd. Je kunt nog zulke briljante stukken schrijven, maar als je nooit met mensen bent omgegaan, wens ik je succes.”

Yasemin Karga

1978 geboren te Amsterdam | 1996 HAVO Fons Vitae Lyceum, Amsterdam | 1999 VWO Joke Smit College, Amsterdam | 2003 Student assistent Privaatrecht, Vrije Universiteit Amsterdam | 2001 – 2003 Juridisch medewerker, Stichting Rechtswinkel Amsterdam | 2001-2003 medewerker Rechtbank Amsterdam | 2007 secretaris, BONJO (krant over strafrecht en detentie) | 1999-2007 receptioniste, secretaresse en juridisch medewerker, Plasman c.s. Advocaten, Amsterdam | 2007 Bachelor Notarieel Recht, Vrije Universiteit Amsterdam | 2007 Bachelor Rechtsgeleerdheid, Vrije Universiteit Amsterdam | 2007 Master Rechtsgeleerdheid, Privaatrecht, Vrije Universiteit Amsterdam | 2013
Opleiding specialisatie Jeugdrecht, Willem Pompe Instituut, Utrecht |2014 Opleiding specialisatie Strafrecht, Willem Pompe Instituut, Utrecht | 2008-heden strafpleiter, Plasman c.s. Advocaten, Amsterdam.