Heb ik corona? Tien seconden je adem inhouden zonder te hoesten geeft je uitsluitsel. Een goed medicijn? Deze epidemie is te bezweren met het drinken van bleekmiddel, of nog beter, een glaasje verse koeienurine. Fake news viert deze dagen hoogtij, maar waarom eigenlijk? Wij vroegen het universitair hoofddocent communicatiewetenschap en tevens fake news-onderzoeker aan de VU: Ivar Vermeulen.
De coronacrisis is bij uitstek een goede voedingsbodem voor fake news. Geef toe, heb jij Google ook niet afgestruind of die beginnende keelpijn of kriebelhoest wellicht de eerste symptomen zijn van dat je het virus hebt opgelopen?
Volgens Vermeulen is dat heel normaal gedrag. "Mensen zien het nieuws en zijn bezorgd. Ze gaan actief op zoek naar informatie om zichzelf te beschermen. De gewone media hebben maar een beperkte hoeveelheid nieuwe informatie te melden, de ‘nieuwshonger’ is veel groter, dus mensen lezen ook dingen die op social media gepost worden. Deze berichten worden dus veel gelezen en doorgestuurd, vooral als ze iets anders melden dan wat al in de mainstream media te lezen was. Hoeveel mensen sturen immers een bericht van de RIVM door dat ook op gewone nieuwssites staat - wat is de meerwaarde daarvan?”
"Er zijn ook andere belangen die een rol spelen."
Maar er is ook een hoop te verdienen voor de bedenker van al dat fake news. Dat maakt het produceren van misinformatie ook zo aantrekkelijk. “Het is heel lonend om dit soort berichten te maken. Het engagement bij de berichten is hoog, want veel mensen willen dat bizarre nieuwtje of die nieuwe informatie graag delen en daardoor liggen de advertentie-inkomsten ook hoog”, aldus Vermeulen. Er zijn ook andere belangen die een rol spelen. Volgens Vermeulen zijn er altijd wel partijen die willen destabiliseren of doodgewone ‘trollen’ die genieten van mensen op het verkeerde been zetten.
Toch zou je denken dat we inmiddels beter weten en niet meer vertrouwen op vage internetsites die allerlei extreme claims de wereld in slingeren. Volgens Vermeulen is dat echter niet zo simpel.
“Mensen hebben een informatieachterstand. Ze begrijpen niet of maar half hoe virussen werken of hoe de verspreiding werkt. Dat maakt het makkelijk ze iets op de mouw te spelden. Veel mensen hebben wel een soort wantrouwen, maar dan eerder richting de mainstream media of medische instituties. Mensen geloven daardoor bijvoorbeeld in allerlei complottheorieën dat big pharma bepaalde ontwikkelingen of medicijnen zou tegenhouden uit financiële motieven, maar ook dat de overheid, inclusief het RIVM, informatie achterhoudt over bijvoorbeeld hoe besmettelijk het virus is. Of het gegeven dat een huisarts, een Vietnamese dokter of een medicijnman een ontdekking heeft gedaan die honderd procent werkt, terwijl de wetenschappelijke wereld mijlenver achterloopt. Maar simpelweg het geloof dat de Nederlandse overheid dit wel weer op de slechtst mogelijke manier zal aanpakken, doet het ook altijd goed.”
"In tijden van fake news zijn de traditionele nieuwsbronnen van levensbelang."
Voor de mensen die korte metten willen maken met fake news raadt Vermeulen aan vooral kritisch te kijken naar wie de bron is van het verhaal. Het is eigenlijk heel simpel. “Houd deze vuistregel aan: Bekende of erkende nieuwsbronnen zoals kranten, NOS en nu.nl brengen geen nepnieuws. Heeft een nieuwsbericht een vage of helemaal geen nieuwsbron, dan kun je bijna altijd op je vingers natellen dat je te maken hebt met fake news. Ik kan me niet herinneren dat ik de laatste jaren via social media ooit betrouwbaar of belangrijk nieuws heb binnengekregen dat niet op zijn minst al heel snel in de gewone media te lezen was. In tijden van fake news zijn de traditionele nieuwsbronnen van levensbelang, omdat zij, nou ja bijna altijd, in staat zijn nepnieuws van feitelijk juist nieuws te onderscheiden en zo dus als noodzakelijke filter fungeren.”
Op de vraag of overheden niet meer moeten ingrijpen in de verspreiding van misinformatie en daarmee het gevaar van destabilisatie van onze maatschappij, zegt Vermeulen van niet.
"Dat is niet een taak waar de overheid zich mee zou moeten bezighouden. Hoogstens kunnen ze geld beschikbaar stellen voor fact-checking, of een campagne opstarten. Maar echt ingrijpen in de inhoud van nieuws moet door onafhankelijke organisaties, zoals bestaande nieuwsorganisaties, worden gedaan. Overheden mogen geen invloed hebben op de inhoud van berichtgeving, behalve een gunstig klimaat voor betrouwbare berichtgeving creëren.”