Foto: Maarten Delobel

'Ik wilde geen excuus-Marokkaan zijn'

Marjolein de Jong14 August 2019

Uit onderzoek blijkt dat de top van veel bedrijven op de Zuidas overwegend wit is. Mustapha Abdellati, de enige partner van Marokkaanse komaf binnen Ernst & Young Nederland, probeert de diversiteit van het medewerkersbestand te vergroten. 

Hoe staat het bij E&Y met de diversiteit?

„Bij de nieuwe instroom zien we een redelijke afspiegeling van de maatschappij. Onze uitdaging zit vooral in het behoud en doorstroom van deze mensen. Het is nog steeds een struggle om hen naar de top te krijgen.”

Hoe komt het dat jullie ze hoger in het bedrijf kwijtraken?

„Persoonlijk zie ik dat collega’s met een andere achtergrond moeite hebben om te aarden. Door de culture achtergrond en vaak ook andere interesses is er geen natuurlijke connectie met mensen in de top. In teamsamenstellingen kiest men toch vooral mensen aan wie zij zich kunnen spiegelen. Men komt vaak niet of minimaal in aanmerking met niet-westerse mensen. Als mensen vrij kunnen kiezen, wordt er eerder gekozen voor een natuurlijke connectie.”

„Ik moest mij als het ware eerst bewijzen.”

Bij u is het wel gelukt. Hoe ging dat?

„Bij een teamsamenstelling werd ik vooral gekozen om mijn kennis en kundigheid. Ik zie dat anderen ook worden gekozen op basis van herkenbaarheid, of wanneer de persoon in kwestie sympathiek is. Dat gold niet voor mij. Ik moest mij als het ware eerst bewijzen.”

Was diversiteit voor u altijd belangrijk?

„Nu word ik als rolmodel gezien, maar vroeger negeerde ik dat juist. Ik wilde geen excuus-Marokkaan zijn. Het enige wat ik wilde was mijn werk goed doen, als volwaardig gezien worden en mij vooral niet associëren met mensen die op mij leken. Anders voelde het alsof ik carrière maakte vanwege mijn afkomst. Inmiddels geloof ik: al zou het zo zijn, dan heb ik alsnog een verantwoordelijkheid.”

Mustapha


Hoe zet u zich nu in om diversiteit te vergroten?

„Als er tijdens vergaderingen kritiek is op mensen met een niet-westerse afkomst dan let ik op of die opmerkingen niet in de culturele sfeer zitten. Misschien is iemand die verlegen overkomt juist stil omdat hij of zij cultureel gewend is stil te zijn uit respect. Dan vertel ik dat het ook aan de culturele achtergrond van die persoon kan liggen. Ook bemoei ik mij actief met de teamsamenstellingen en sollicitaties.”

„Ik mocht nooit naar feestjes van mijn vriendjes omdat er misschien varkensvlees was.”

Welke culturele verschillen moest u leren overbruggen?

„Ik leefde vroeger in twee culturen en moest mij daardoor continu aanpassen. Wat thuis normaal was, was buiten de deur niet zo. Respect voor ouderen is in de Marokkaanse cultuur erg belangrijk. Als ouderen spreken, ben je stil. Buitenshuis was het juist belangrijk om je mening te ventileren. Doe je dat niet, ben je in de Nederlandse cultuur stil of verlegen. Dat was omschakelen. Nog steeds moet ik soms tijdens een vergadering tegen mezelf zeggen: ‘Speak up Mustapha!’.”

Zijn er culturele verschillen waar u moeite mee hebt?

„Dat was vooral toen ik nog klein was. Ik mocht nooit naar feestjes van mijn vriendjes omdat er misschien varkensvlees was. Je kunt je voorstellen hoe erg dat is als je jong bent. Hierdoor kwam ik niet bij die kinderen thuis en kwamen mijn ouders niet in aanraking met de andere ouders. Dat bevorderde niet de integratie. Als mijn drie kinderen naar verjaardagsfeestjes van klasgenoten gaan, bel ik de ouders van te voren op dat ze geen varkensvlees mogen. Probleem opgelost. Je moet – met respect voor elkaars geloofsovertuigingen – integreren.”


*Monitor Talent naar de Top 2018.