De geur van sigaretten of de aanblik van een vroegere stamkroeg. Alcoholverslaafden vallen terug in verslavingsgewoonten door een bepaalde geur of plek. Esther Visser (27) doet aan de VU onderzoek naar aan alcohol verslaafde muizen.
Waar komt jouw fascinatie voor dit onderwerp vandaan?
“Al tijdens mijn studie bij was ik erg geïnteresseerd in verslaving, en daarom heb ik voor mijn bachelorstage onderzoek naar verslaving gedaan. In een afkickkliniek gaat het goed met patiënten en misschien daarna ook, maar er hoeft maar heel weinig te gebeuren en mensen kunnen zichzelf niet meer controleren de drug op te zoeken. Het intrigeert me hoe het kan dat factoren uit de omgeving zo sterk kunnen leiden tot een verlies van controle over alcoholgebruik.”
Kun je vertellen over de methode die jullie hebben ontwikkeld?
“Eigenlijk leer ik muizen eerst alcohol drinken. Ik geef ze een waterfles en een alcoholfles en ze mogen vervolgens zelf kiezen wat ze drinken. Zo’n 90 procent van de muizen ontwikkelt een sterke voorkeur voor alcohol. Daarna willen we weten hoe gemotiveerd ze zijn om te werken voor alcohol en dus moeten ze op een knopje drukken om alcohol te krijgen. Er gaat een lichtje aan, de ‘cue’, en dat is de omgevingsfactor gekoppeld aan alcohol. In de hersenen van de muis wordt het lichtje geassocieerd met drukken op het knopje en alcohol. Vertaald naar mensen is dat die cue, in de vorm een bepaalde geur of omgeving, kan leiden tot verlangen naar de drug. Dat lampje zorgt ook na een onthoudingsperiode voor een sterke reactie bij de muis. Hij gaat dan intensief op zoek naar alcohol.”
Wat zijn de cues bij mensen?
“Dat kan een blik bier in de supermarkt zijn, een bier- of wijnglas, een asbak bij andere verslavingen een crackhouse. Het gaat erom dat een neutrale situatie of stimulus gekoppeld wordt aan de belonende effecten van de verslavende stof, en dan als je ermee in aanraking komt de hunkering naar de drug kan opwekken.”
Kunnen we op korte termijn een antiverslavingsmedicijn verwachten?
“We hebben nu de cellen geïdentificeerd die een alcoholherinnering opslaan. Met het remmen van deze cellen kan terugval sterk verminderd worden. De volgende stap in het onderzoek is analyseren waarom de ene cel wel een alcoholherinnering vastlegt en de andere niet. Dit doen we op basis van eiwitanalyses. Vervolgens willen we graag weten wat een terugval veroorzaakt. Aan de hand daarvan zou je bepaalde eiwitten in die specifieke cellen kunnen manipuleren, om zo terugval te voorkomen. Maar het zal nog wel even duren voor er zulke therapieën beschikbaar zijn. Ondertussen leren we veel van het onderzoek, bijvoorbeeld hoe de hersenen omgaan met het verwerken van dit soort informatie.”
Heb je zelf meer begrip voor mensen met een verslaving?
“Voor mij staat het buiten kijf dat verslaving een hersenziekte is. Het eerste gebruik is vrijwillig, maar vervolgens zijn er zoveel adaptaties in de hersenen die ervoor zorgen dat je minder controle hebt over de inname van een drug of het zoeken ernaar. Die triggers vind je overal.
Afkickklinieken zijn zodanig ingericht dat het mensen volledig beschermt tegen de ‘cues’ van buiten. Dat wordt anders als ze vervolgens terug gaan naar hun eigen omgeving, waar ze voorheen gebruikt hebben en waar de omgeving weer alle verslavingsprikkels bevat. Dan vallen mensen vaak terug. Ik begrijp dus ook heel goed dat mensen weer terugvallen naar gebruik in de eigen omgeving. Zeker als er ook sprake van stress is, want dat is ook een bekende trigger voor terugval.”